maandag 6 juni 2011

Een maconieke connectie?


Alles in de tarot, ook de kleine details, zijn bewust op die manier getekend op de kaarten. Dit wil echter niet zeggen dat ieder klein detail dan ook automatisch een esoterische betekenis heeft. Als we kijken naar de de 15e kaart van de Grote Arcana, dan riekt deze kaart naar “vrijmetselaarij”. We moeten oppassen dat we niet achter ieder klein symbooltje iets zoeken, maar, duidelijk is wel dat er op deze kaart “bol staat” van (vrijmetselaars) symboliek.

Er zijn drie dingen die duidelijk opvallen in deze context, waarvan we nu de belangrijkste twee behandelen: de “strop” om de hals van de voorste figuren en de drie stippen (drie tepels) van de linker figuur.
De stippen (tripod) hebben hun oorsprong in de 18e eeuw, waar het op veel vrijmetselaars-documenten voorkwam. Het is een soort afkorting. Een vrijmetselaar die de eerste drie (blauwe) graden van de orde had doorlopen (“entered apprentice, fellow craft, master mason) mocht deze stippen gebruiken om achter zijn initialen te zetten. Dit was een schrijfwijze die een vrijmetselaar mocht gebruiken nadat hij “master mason” was, dus, i.p.v. J.S. (bijvoorbeeld John Smith) werden de twee stippen vervangen door 2 maal 3 stippen.


Als we beginnen met de drie stippen zien we dat deze stippen in de vorm van een driehoek zijn getekend (op de kaart van de Zon komen deze stippen in deze vorm wederom voor, maar dat terzijde…).

Deze stippen, althans de vorm waarin ze getekend zijn, hebben een betekenis in de vrijmetselarij. Het is geen “occult symbool”, maar heeft wel een betekenis. 
Deze traditie heeft zijn oorsprong in Frankrijk (“Grand Orient of France”) in 1774. Vrijmetselaars werden in deze tak van de vrijmetselarij “three point brothers” genoemd.

Vooral in Amerika werd deze schrijfwijze erg populair onder de Amerikaanse vrijmetselaars. Tot op de dag van vandaag wordt deze schrijfwijze nog in documenten van de “Scottisch Rite” gebruikt.



In vroeger tijden werd het “symbool” van de drie stippen aangemerkt als “the Devils sign”, het teken van de Duivel.
Als men verdacht werd van heksenpraktijken, werd er op het lichaam gezocht naar dit teken. Wanneer het teken daadwerkelijk werd gevonden op het lichaam, was dit “het bewijs” dat men een heks was, een diender van de Duivel.

Als we kijken naar de “strop” die om beide figuren om de nek hangt, dan valt ook de gelijkenis op met een ritueel in de vrijmetselarij. Wanneer een kandidaat wordt ingewijdt (initiatie) in de eerste graad (entered apprantice) krijgt hij een een blinddoek op (als symbool voor onwetendheid en de duisternis (waarin de kandidaat verkeerd vóórdat hij wordt ingewijdt), wordt één broekspijp opgerold, heeft hij één slipper aan, de linkerborst blijft naakt, én, krijgt hij een strop (“cabletow”) om zijn nek. De symboliek achter deze handeling (kandidaat krijgt een strop om de nek) heeft als betekenis “onderwerping”,dan wel symboliseerd het het “vastzitten” aan het “aardse”. Vrijmetselaars zelf geven aan dat het ook de verbondenheid symboliseert met de orde. Het geeft ook de nederigheid aan van de kandidaat ten opzichte van de orde en een eventuel straf van de kandidaat mocht het vertrouwen van de orde door de kandidaat worden beschaamd.
copyright Camoin

De kandidaat wordt door het touw “geleidt” naar “het licht”, vanuit het “duister”, van onwetendheid naar kennis.
Wanneer de kandidaat de strop om zijn nek heeft symboliseert dat ook de gevangenscap aan het “aardse”, op het moment dat de strop niet meer om de nek van de kandidaat hang, symboliseert dat vrijheid.
De “cabletow” staat ook symbool voor de navelstreng, waarmee een link wordt gelegd met een symbolische wedergeboorte in het “licht”; in de loge.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten